Van Mae Sariang naar Hot moest ik de bergen weer over maar de weg was gelukkig niet zo steil als die voor Mae Sariang, zodat er redelijk te fietsen was, hoewel ik zo nu en dan de berm werd ingedrukt door een vrachtwagen en een mini bus. Op de afdaling van de 1200 m hoge pas kwam ik langs de ingang van Opluang Nationaal Park.
De entree bleek 20 Bhat te bedragen (= 0,52 euro). Daar val je geen vuil aan, maar hoo, hoo! Wacht even!! Bleekgezichten betalen het tienvoudige. Daar val je je nog geen buil aan als steenrijke AOWer. Maar wat was er te zien? En dus informeerde ik daar naar, maar helaas sprak de dame achter het loket geen Nederlands. Ze wees me op een foto aan het raam met een kleine kloof in een riviertje met een bruggetje er over. Als je alleen daarvoor 5,20 euro moet neertellen wordt het toch al een klein builtje. Maar gelukkig was er ook nog een wandelcircuit van 1,2 km met wat verklarende bordjes er bij. Alleen in het Thai?
Alles bij elkaar leek het me niet interessant genoeg om daar ruim 5 euro’s voor meer te tellen en dus reed ik door maar meteen sloeg de twijfel toe: Nu ben ik helemaal uit Nederland hierheen gekomen, 11 uur in een vliegtuig en vervolgens ruim 1200 km op de fiets en dan sla ik een nationaal park over om een bedrag te besparen waar je in Nederland amper een kop koffie voor krijgt.
Maar zulke koffie drink ik in Nederland nooit en in de kringloopwinkel krijg ik voor zo’n bedrag 52 video films. Maar die kan ik toch niet allemaal bekijken….
Twijfels, twijfels….
Uiteindelijk nam ik een kloek besluit, keerde de fiets, reed terug naar de ingang van het park en betaalde braaf de 200 Bhat. Ik parkeerde mijn fiets bij het bezoekerscentrum en liep naar de kloof waar ik zelf de foto schoot die ik op het raam van het toegangsgebouwtje had gezien.
Maar als je het in werkelijkheid ziet is het toch aardiger dan op een foto en ook de wandeling was, hoewel niet spectaculair, plezierig en ontspannend. Er waren zelfs rotsgravures te zien van 28.000 jaar oud, die er overigens voor mij ook gisteren op gekrast konden zijn. Een paar fraaie uitzichten vanaf grote granietrotsen en het feit dat er zo hier en daar ook wat verklarende tekst in het Engels op een bordje stond, maakten deze vijfeurotwintig-excursie uiteindelijk toch erg de moeite waard, te meer daar geen ander zich bij ‘deze hitte’ aan het circuit je van 1200 meter waagde.
Hitte!?! Ook hier is het mid-winter!!