Bericht 4. Zomer 2021
Van Le Rozier, waar ik in mijn vorige bericht ben blijven steken, fietste ik door de Gorges de la Jonte, dezelfde weg als de vorige dag, maar deze keer bezocht ik het 5 km ten westen van Le Rozier gelegen Balcon des Vautours (het balkon van de gieren). Van hier kon je gieren waarnemen die langs de rotsen zweefden….. als je geluk had, want als die vogels er geen zin in hebben, zie je alleen die rotsen. Deze dag hadden ze er wel zin in, maar niet erg veel. Ze zweefden wat rond boven en langs die rotsen, zodat je zo nu en dan wel een puntje langs de hemel zag bewegen, maar overdonderend was het niet. Er stonden op het balkon (platje) een paar vaste kijkers opgesteld (waar je geen munten in hoefde te doen om ze werkend te krijgen; die had je (ik) al in ruime mate betaald om binnen te komen) die flink vergrootten en daarmee kon je gieren die stil op de rotsen zaten goed bekijken. Beter te zien waren de gieren binnen in het gieren-museum, fraai nagemaakte exemplaren die voor een met rotsen beschilderde muur aan draadjes vanaf het plafond bungelden en zachtjes heen en weer wiegden. Die kon je tenminste op je gemak fotograferen.
Op weg naar Meyrueis kwam ik langs een oude paddenstoel-wegwijzer. Zo hier en daar zie je nog wel eens zo’n antieke wegwijzer, die aan de goede oude tijd herinnert. Ik maak er dan meestal een plaatje van, zoals ook deze keer.
Michelin plaatste die vroeger langs de wegen, zoals in Nederland de ANWB de vertrouwde wegwijzer- paddenstoelen voor fietsers plaatste. Helaas worden die Nederlandse paddenstoelen tegenwoordig schromelijk verwaarloosd. Hier en daar liggen ze omver, zijn de kappen er af gehaald zodat je alleen maar kaal beton ziet, of is er rode verf over gespoten waardoor ze vrijwel onleesbaar zijn geworden. Gaat de ANWB ervan uit dat iedereen tegenwoordig een GPS bij zich heeft, zodat die paddenstoelen niet meer nodig zijn? Het is triest gesteld met dit stukje Nederlandse cultuur. Maar ik drijf af van zuid Frankrijk naar het hoge noorden. Terug dus naar Frankrijk.
Van die stenen Franse champignon fietste ik door naar het plaatsje Nant, van waaruit ik een dagritje maakte door de Gorges de la Dourbie, ook wel Canyon de la Dourbie, genoemd, naar het pittoresk in de kloof gelegen La Roque Ste. Marguerite. Helaas scheen die dag de zon niet, anders was de foto natuurlijk veel mooier geweest.
De volgende dag scheen de zon gelukkig wel. Ik maakte een wandeling naar de Roc Nantais, een grote rots bovenaan de berg ten noorden van Nant, die de vallei van Nant domineert.
Van Nant fietste ik in zuidelijke richting naar Le Caylar, mijn doel voor die dag. Onderweg kwam ik door het mooie middeleeuwse dorpje La Couvertoirade.
In het plaatselijke museum zag ik een oude fresco, een soort stripverhaal bestaande uit vier plaatjes, waaruit bleek dat hier in de middeleeuwen ook al epidemieën hadden gewoed.
Aan die regels hield ik mij op deze reis steeds braaf, vooral aan die laatste. Daar houd ik mij eigenlijk vrijwel altijd aan, hoewel ik die middag in Le Caylar arriveerde, waar het Festival de Cyclotourisme werd gehouden en waar veel Franse fietsreizigers verenigd waren. Blijkbaar waren zulke festivals in deze corona-tijd toch toegestaan in Frankrijk.
Over dat festival zal ik in mijn volgende bericht het een en ander schrijven. Dat zou ik, zoals ik in mijn vorige bericht schreef, in dit bericht al doen, maar daar ben ik dus niet aan toe gekomen. Volgende keer beter ….. hoop ik. Wat in het fietsvat zit verzuurt soms niet.
Omdat die middeleeuwse fresco fotografisch niet geweldig uit de verf is gekomen, nu tot besluit van deze aflevering een interessant, kleurig plaatje dat hopelijk wel uit de verf komt. Ook over dit plaatje ga ik het in bericht 5 hebben.
mooie omgeving