Bericht 6
Bericht 5 besloot ik met de zin: “Bericht 6 volgt spoedig….. hoop ik. En dat hoopt u hopelijk ook.”
Helaas. Dat bleken allemaal ijdele hopen te zijn van u en van mij, tenzij je een maand ‘spoedig’ vindt. Het probleem is dat reizen tijd kost, ook het reizen op de fiets. Elke dag moet er een overnachtingsplek gevonden worden, voedsel gekocht worden dat ook nog gegeten moet worden, allerlei klusjes gedaan worden zoals de route plannen, berichten naar vrienden en kennissen sturen, kleren wassen en de fiets en mezelf rijdend houden. Afzonderlijk zijn die klusjes misschien niet zo bewerkelijk, maar ze blijken bij elkaar toch veel (heel veel) tijd te kosten. En dan moeten er dingen bekeken en bezichtigd en wandelingen gemaakt worden. Dat hoort er nu eenmaal bij. En tenslotte moet er op een fietsreis ook nog gefietst worden, dat verrassend genoeg ook een reuze hoop tijd kost. Met al dat ‘gedoe’ komt er vaak niets van het goede voornemen om bijvoorbeeld ‘vanmiddag na een leuk fietstochtje in de omgeving van waar ik kampeer een bericht voor mijn blog te schrijven’. En een andere keer, als ik met mijn superintelligente telefoon in de aanslag zit om een superverhaal te schrijven, komt er plotseling iemand langs die vraagt waar ik met die Santos vandaan ben komen fietsen, waarna het vaak een gesprek van anderhalf tot twee uur wordt. En dan verdampt mijn goede voornemen weer. Weg bericht 6. De volgende keer dan maar weer.
Ja, reizen kost veel tijd en hoewel fietsen vaak niet vermoeiend is, is reizen met de fiets, door al die tijdrovende korveetjes, dat meestal wel. Ook het typen met één vinger op zo’n vreselijk slimme telefoon, die soms mijn woorden verkeerd ‘verbetert’ omdat hij denkt dat hij slimmer is dan ik, waarna ik het weer over moet typen, kost tijd. Vandaar dat u zo lang heeft moeten wachten op dit bericht 6 en eigenlijk ook op al die andere berichten van mij.
Maar nu heb ik dan toch eindelijk de tijd om u te berichten over enkele van mijn belevenissen, dus …..
Nee, helaas, daar komt alweer iemand op mij af om te vragen waar ik vandaan kom op die fiets, of misschien deze keer waar ik naar toe ga. sommigen vragen zelfs mijn beweegredenen om met de fiets hierheen te rijden en dan nog ZONDER electromotor er op. Dan wordt het helemaal moeilijk.
Volgende keer dan maar weer. Mijn goede voornemen blijft overeind als een rots in een woest stromende rivier.
Tot mijn verwondering komt er deze keer (alweer dagen later) niemand langs voor een praatje, dus daar komt dan eindelijk het lang verwachte Bericht 6:
Cordes sur Ciel, 25 km ten noordwesten van Albi, is een mooi dorp gelegen op een heuvel. Met geen Tour de France of ander evenement in de buurt kon ik er op mijn gemak rondkijken en wat plaatjes schieten. Zie hier wat dat zoal opleverde.
In Frankrijk is er aan mooie dorpjes geen gebrek. Langs de Tarn, op weg naar Millau, zag ik er alweer een: Peyre dat tegen een rotswand geplakt lijkt te zijn.
Mooie rotsformaties waren er ook te vinden in de Gorges de la Jonte, een zijtak van de Tarn.
Hieronder nog een paar grillige rotsen waarop je je fantasie naar hartenlust kunt loslaten.
In de buurt van Olargues kon ik de indrukwekkende nauwe Gorges de l’Heric, rechts van mij, niet links laten liggen. Ik moest er door en dat ging over een smal bochtig steil weggetje, omhoog wel te verstaan, maar op de terugweg ging het omlaag, wat geen verbazing zal wekken.
Verder zuidelijk reed ik een van mijn nostalgische routes. Die voerde door het mooie gebied van de Corbières ten noordwesten van Perpignan. Daar reed ik in 1973 met een oude schaakmakker uit mijn Steenwijkse tijd, toen alles nog nieuw was, behalve onze oude Franse fietsen van onduidelijke merken, waarvan herhaaldelijk onderdelen afbraken. En dan moesten er weer niet passende schroeven en stukken ijzerdraad aan te pas komen om de boel opnieuw rijdend te krijgen.
Foto 16: Het interieur van dat mooie kerkje. Ook mooi, althans als je van dit soort schilderijen en decoraties houdt.
Ik ben tijdens het typen van dit bericht nog eens vijf of zes keer onderbroken door allerlei gebeurtenissen, zoals praatjes met gezellige mensen en invallende duisternissen die elke avond meedogenloos weer plaatsvinden, maar daarmee heb ik u niet lastig willen vallen. Het lijkt daarom dat dit bericht in een adem is geschreven. In wezen was het een moeizaam proces, Te veel afleidingen en ook een zekere luiheid….ik geef het toe.
Volgende keer (Bericht 7) ga ik verder met dit bijna eindeloze feuilleton. Dat zal hopelijk weer niet lang op zich….. Nee, laat ik geen valse verwachtingen scheppen, maar ik beloof beterschap en meer ijver. Misschien is het bericht er volgende week al……(?)
Tot spoedig, zeer spoedig! We houden goede hoop.
Frank