ONTMOETING MET EEN UIT DE KLUITEN GEWASSEN REPTIEL, KHMER TEMPELS EN MEER NIEUWS UIT HET VERRE OOSTEN.

Bericht 2

Maar ik wil beginnen met alle volgers (helaas met terugwerkende kracht omdat ik weer eens lui ben geweest) prettige kerstdagen te wensen.

Foto 0: Engels voor zoiets als: Vrolijk Kerstfeest.

En nu aan de slag. Met bericht 1 waren we blijven steken bij de Khmer tempels van Phimai en daar nemen we de draad weer op.

Koning Jayavarman V die van 968 tot 1001over het Khmer rijk regeerde liet de eerste steen leggen van het 565 m bij 1030 m metende tempelcomplex van Phimai. Na die eerste steen liet hij er nog tienduizenden, zo niet honderdduizenden bij, naast en op leggen, maar ondanks al die stenen was het werk niet klaar toen hij voorgoed de ogen sloot. Zijn opvolger Suriyavarman I, ons allen bekend uit de geschiedenisboekjes van de lagere school, liet het werk afmaken. Nadat het oude Khmer rijk afbrokkelen, brokkelden er ook heel wat stenen af, maar tussen 1964 en 1969 werd de tempel van Phimai uiterst secuur gerestaureerd door Thaise en Franse archeologen. En nu kunnen we om en door de tempel met bijgebouwen lopen zoals de oude priesters deden, mits we ons toegangskaartje maar netjes kopen bij het loketje bij de oude stadspoort.

Foto1: De oude, maar gerestaureerde Khmer tempel van Phimai.
Foto 2: Nog een plaatje van het oude Phimai.
Foto 3: En nog maar een derde want het is waarachtig een kunststukje van architectuur.

Terwijl ik tussen die tempels door liep en me trachtte voor te stellen hoe het hier een millennium geleden aan toe ging stopten er drie geweldig grote bussen voor de poort en even later werd het tot dan toe vredige tempelcomplex overspoeld door Thaise schooljeugd. Het leek me daarom beter om eerst maar een fietstochtje in de omgeving te gaan maken. 

Twee kilometer buiten Phimai bevindt zich de beroemde Sai Ngam boom, de grootste Banyan boom van Thailand. Hij heeft honderden stammen. Zijtakken groeien de grond in en komen op andere plekken weer omhoog. Het is één grote wirwar van kronkelende en met elkaar verweven takken en het geheel lijkt een heel bos, maar in wezen is het slechts één boom. De kruin overspant een oppervlakte van 3600 m2. Dat is, om een idee te vormen van de afmetingen, een vierkant van 60 bij 60 meter!

Foto 4: De beroemde Sai Ngam boom iets buiten Phimai, die een heel eilandje bedekt. Het lijkt een flink bos, maar het is één boom.
Foto 5: Ergens tussen alle stammen en takken van de Sai Ngam boom.
Foto 6: Nog een detail van de Sai Ngam boom.

Na deze boeiende excursie maakte ik een aardig fietstochtje over wat kleine weggetjes langs een riviertje en zag plotseling een eindje voor me een groot reptiel, dat bezig was een dode hond op te peuzelen. Eerst dacht ik dat het een kleine krokodil was. Daar moest ik toch wel even voor oppassen, want ook kleine krokodillen hebben venijnige tandjes. Maar de bek was te klein voor een krokodil. Het dier was echter veel te groot voor een leguaan. Hij mat, zo van een afstandje geschat, ruim 2,50 meter. Opeens herinnerde ik mij een foto uit ‘Het Grote Reptielenboek’. Dit was een varaan! Een echte!

Foto 7: Een varaan die bezig is een dode hond op te peuzelen

Toch een flink reptieletje, zo’n varaan n nog giftig ook (kennis uit het Grote Reptielenboek). Als je daar onenigheid mee krijgt kan het nog wel eens uit de hand lopen. Daarom bleef ik op een veilig afstandje toekijken. De varaan vertrouwde mij net zo min als ik hem maar hij wilde zijn prooi niet zomaar aan mij afstaan. Ik was echter ook niet van plan om hem die prooi afhandig te maken. Soms lust ik honden wel eens rauw, bijvoorbeeld als ze luid blaffend achter mijn fiets aan komen, maar dan in figuurlijke zin. Dat ik de varaan zijn prooi niet betwiste, wist hij natuurlijk niet en daarom beleefden we beide spannende momenten. Uiteindelijk sleepte het reuzenreptiel zijn prooi de struiken in, waarna ik mijn fietstochtje kon vervolgen. Er kon hierna natuurlijk elk moment weer een grote varaan uit de rivier omhoog klauteren maar de kans dat die mij zou aanvallen leek mij klein genoeg om vrolijk verder te fietsen.

Met een boog reed ik terug naar Phimai waar ik de tempels nog eens bij avondlicht bekeek.

Foto 8: De Khmer tempel van Phimai bij avondlicht.
Foto 9: Bij een fruitstalletje langs de weg kocht ik de volgende dag een tros bananen en een kilogram mandarijnen. Links op de foto een van de braafste honden van Thailand. Het beest blafte niet, gromde niet en vloog niet naar mijn enkels en dat is een bijzonderheid in Thailand.

In Ku Pueai Noi was weer een Khmer tempel te zien, een veel kleinere dan die van Phimai, maar wel erg mooi. Ik kwam er juist voor zonsondergang aan, nog precies op tijd voor een paar aardige kiekjes.

Foto 11: Detail van een poort van de tempel van Ku Pueai Noi.
Foto 12: De volgende ochtend stond de zon aan de andere kant van de tempel, zodat ik mijn fiets er weer eens op een nette manier en vol belicht bij kon zetten.
Foto 13: Nog maar een fotootje van Ku Pueai Noi. Een bescheiden tempeltje maar we zouden er in Nederland vast en zeker trots op zijn. Hier werd er niet veel aandacht aan besteed. Geen hek er omheen, geen toegangsloketje, geen souvenirstalletje en geen bezoekers. Dus ook een fijn tempeltje.
Foto 14: Mijn fiets, gezien door een van de vensters van de Ku Pueai Noi -tempel.

Iets voorbij het plaatsje Kosum Phisai, waar ik een dag later doorheen fietste, moest zich volgens mijn alwetende telefoon, nu uitgerust met een Thaise simkaart voor permanent internet (!!) en GPS, een resort bevinden en inderdaad vond ik op die plek langs de weg met grote letters aangegeven: ‘ e Home’. Dat zag er nogal resorterig uit, vond ik.

Foto 15: Met grote letters aan de weg aangegeven resort met de intrigerende naam ‘e Home’. 

Tegenwoordig is ons leven met alles wat er bij hoort voor een groot deel ge-electroniseerd: e-book, e-guide, e-bike, e-auto, e-sigaret, e-chess, e-mail etc. En hier dan plotseling een e-home, een electronisch huis, dus. Me afvragend of je hier werkelijk de nacht zou kunnen doorbrengen of alleen maar virtueel, fietste ik het gravelweggetje naar het e-resort op. Toen ik honderd meter verder het terrein op reed bleek het resort gelukkig niet ge-electroniseerd te zijn en ook niet gedigitaliseerd. Het was nog steeds reëel, zo reëel als een resort maar kan zijn.

‘Sweet Home’ heette het. Er waren in de loop der tijd alleen maar een paar letters van het hek gevallen, waar ze op bevestigd hadden gezeten. Maar lang zullen we niet meer op e-huizen hoeven wachten, vrees ik.

Bij Kosum Phisai bevindt zich een Forest Park. Daar bleken nogal wat apen te zitten. Leuk, maar je moet er voor oppassen, want voor je het in de gaten hebt rukken ze je pet af, klauteren als een aap in een boom en gaan dan op een tak een eind boven je hoofd die pet voor de lol en om je te pesten, aan flarden trekken. Op alles wat los, of zelfs maar een beetje los, zit moet je geweldig goed passen.

Foto 16: Een reusachtig grote aap bij de ingang van het Forest Park. Die is niet echt en de kleine er bij ook niet, maar let goed op die heel kleintjes (toch nog zo groot als katten). Die zijn wél echt en ze wachten het juiste moment af om toe te slaan, bijvoorbeeld als je aandacht even verslapt.
Foto 17: Blijkbaar eten apen niet alleen pinda’s en bananen. Hier zijn ze druk bezig met komkommers.
Foto 18: Raak geen dinosaurussen aan!! Maar die komen in een volgend bericht aan de beurt en dat volgt snel (als ik het niet te druk krijg met fietsen en het bezoeken van bezienswaardigheden). 

Ik besluit dit bericht met allen die dit lezen een goed nieuw jaar te wensen.

Foto 19: Een verouderde, achterhaalde foto, die echter up to date wordt als je het jaar dat er op staat vermenigvuldigt met 1,0024777006938. Vergeet de komma achter de 1 niet anders wordt het science fiction!

Tot de volgende keer.